Roofs 2025-08-17 Ongevalscijfers
Veilig en gezond werken
In financiële kringen wordt wel eens gezegd: “Cijfers liegen niet, het zijn de cijferaars die liegen”. Welnu, misschien geldt dit ook voor de ongevalscijfers.
Eerst even de aanleiding. In juli kwam ISZW met de ongevalscijfers. Het aantal ongevallen neemt toe, was de terechte boodschap. Uiteraard werd dit direct opgepakt door populaire bladen en kranten. Weer eens iets anders dan Gaza of Oekraïne.
Het aantal ongevallen neemt toe. Dat is triest voor de bedrijven die het betreft, maar zeker voor de betrokken slachtoffers en familie. Uiteraard kwamen er bij de artikelen foto’s. En dan vooral foto’s van de bouw. Nu is het zo dat er in de bouw best wel veel ongelukken plaatsvinden. Elk jaar weer teveel! Er zijn echter meer sectoren waar veel ongevallen plaatsvinden. Ook zijn er sectoren die ‘vals spelen’. Neem de sectoren waar veel medewerkers per uur worden opgeroepen, bijvoorbeeld de horeca of de detailhandel. Ziek of een ongeval? Geen probleem, we roepen je niet op, er is geen verzuim en niet melden valt niet op. In het beroepsgoederenvervoer, een ander voorbeeld, worden verkeersongevallen niet meegeteld. Dit terwijl daar toch ongevallen gebeuren die te zien zijn als arbeidsongevallen (en waar we in de vorm van files behoorlijk last van hebben).
Bekend, en ook gemeld door de Inspectie, is dat tussen de 50-60% van de ongevallen niet wordt gemeld. Dit is niet nieuw en niet uniek voor Nederland. De toename van het aantal gemelde ongevallen zou (hoe optimistisch) ook het gevolg kunnen zijn van een betere meldingsdiscipline. Een andere opmerking in relatie tot de ongevalscijfers was dat kleine bedrijven een hoger ongevalspercentage hebben dan grote bedrijven. Hier zet ik mijn vraagtekens bij. De registratie van de bedrijfsgrootte is voor zover ik weet afwezig. Deze stelling is dus niet gebaseerd op feiten.
In de ongevalsrapportages voor de bouw die onder mijn verantwoording bij Arbouw uitkwamen, hadden we die verdeling naar bedrijfsgrootte wel en konden we daar op inzoomen. (Het laatste rapport is uitgekomen in 2016 en downloadbaar bij Volandis.)
Grote bedrijven hebben veel medewerkers, maar slechts een heel beperkt aantal medewerkers werkt daadwerkelijk op de bouwplaats. Grote bedrijven besteden immers nagenoeg alles uit. Daarmee wordt zowel het financieel risico als het ongevalsrisico neergelegd bij een gespecialiseerd aannemer. Die gespecialiseerd aannemer heeft, in tegenstelling tot de grote aannemer, bijna alleen bouwplaatsmedewerkers in dienst die blootgesteld worden aan gevaren.
De omstandigheden waaronder wordt gewerkt worden door die uitbestedende aannemer bepaald. Steigers, randbeveiliging en kranen voor het transport worden veelal door deze uitbestedende aannemer geregeld. Ook bouwmaterialen worden door de uitbestedende aannemer aangekocht. Daarmee heeft de gespecialiseerd aannemer bijna geen zeggenschap over de omstandigheden waaronder zijn mensen het werk moeten doen.
In de ongevalsrapporten heeft het EIB in opdracht van Arbouw de cijfers uitgesplitst naar grootteklasse. Dit is de tabel waarbij alle medewerkers zijn meegenomen om tot een percentage te komen. Als je alleen kijkt naar de bouwplaatsmedewerkers die blootgesteld worden aan gevaren op de bouwplaats, en dus de kans lopen betrokken te raken bij een ongeval, dan krijg je onderstaande tabel.
Dat geeft ineens een heel ander beeld. De grote, uitbestedende bedrijven hebben dan ineens een ongevalspercentage van 8.2%: bijna drie keer zo veel als de kleine aannemers. Dat roept bij mij ook vraagtekens op over de wijze waarop de ‘grote jongens’ de onderaannemers dwingen om hun bureaucratische arbosysteem te omarmen. Arbosystemen, waarvan nimmer bewezen is dat het echt iets doet, maar waarvan we wel zien dat het grote kosten met zich meebrengt.
Het wordt tijd dat we genuanceerder naar de ongevalscijfers en de eisen gaan kijken. Eisen die aan de MKB’er met zijn informele arbo-aanpak worden opgelegd. Een kast vol arbo-managementmappen en -systemen lijkt minder effectief dan het informele systeem van de kleine aannemer.
Het zijn niet de cijfers die liegen, maar het zijn de cijferaars. Mogelijk onbewust, maar het komt de grote aannemers wel goed uit. ■
Adri Frijters
Deel dit artikel
Andere artikelen in Roofs 2025-08 oktober
Roofs 2025-08-03 De oplossing ligt op het dak
Voorwoord Door omstandigheden die ik hier verder buiten beschouwing laat, heb ik in de afgelopen periode een nieuw huis moeten laten bouwen. Als particulier opdrachtgever heb ik aan den lijve...
Roofs 2025-08-06 Remontabele fietsenstalling verbindt station Dordrecht met park
Het Dak van het Jaar 2025 Nog niet zo lang geleden had station Dordrecht aan de zuidzijde een oude, onaantrekkelijke en slecht verlichte fietsenstalling naast een onaanzienlijke entree....
Roofs 2025-08-100 Nieuwslijn
Agenda 7 t/m 9 oktober 2025, Vakbeurs Prefab en Energie, Brabanthallen ’s Hertogenbosch Prefab voor professionals in industrieel en modulair bouwen en renoveren. Vakbeurs Energie is 's lands...
Roofs 2025-08-12 NEN Normcommissie Flexibele banen voor waterafdichting
Normalisatie De doelgroep van het vakblad Roofs heeft dagelijks met dakbedekking en onderdakfolies te maken, dus deze producten zijn goed bekend in de markt. Deze bouwproducten vallen onder de...
Roofs 2025-08-20 On(der)verzekerd: het belang van een toereikende CAR-verzekering
Juridisch Het bouwen van daken brengt verschillende risico’s mee. Een groot aantal van die risico’s kunnen worden afgedekt met een Construction Allrisk-verzekering, kortweg CAR-verzekering. Het...