Roofs 2016-10-16 Tweede Sectorplan BIKUDAK is van start gegaan (premium)

Sectorplan BIKUDAK

Per 1 november 2016 is het Sectorplan BIKUDAK 1 officieel afgerond en kande balans worden opgemaakt. Het tweede Sectorplan is inmiddels op gang gekomen en er is nieuws te melden over de invoering van het Dakpaspoort en het Transitiehuis. Projectleider Joep Jansen licht de ontwikkelingen toe.

Het Sectorplan BIKUDAK 1 behelsde een vijftal maatregelen, namelijk de invoering van het Dakpaspoort, het stimuleren van de instroom, de scholing van de werkenden, de monitoring van de inzetbaarheid en sociale innovatie. Begin 2017 zal een symposium worden georganiseerd waarin de resultaten van het eerste Sectorplan met de bedrijfstak, andere sectoren en beleidsmakers zullen worden gecommuniceerd.

Resultaten Sectorplan BIKUDAK 1

Hierop vooruitlopend kan worden gesteld dat dit sectorplan zeer succesvol is verlopen. De vooraf gestelde doelen op het gebied van instroom in de vakopleiding zijn nagenoeg volle­dig behaald. De instroom is in de afgelopen jaren weer op peil gebracht, er hebben gedurende het Sectorplan BIKUDAK 1 ruim 300 dakdekkers een BBL 1, 2 of 3-diploma ontvangen. Met deze score onderscheidt de dakenbranche zich gunstig van andere sectoren. Daarbij is de uitval van dakdekkers aanzienlijk beperkt door een goede individuele begeleiding na de opleiding. Deze maatregel wordt wegens succes ook na afloop van het sectorplan voortgezet.

In het sectorplan was de ambitie geformuleerd om 3000 scho­lingsdagen aan bijscholing te besteden. Deze doelstelling is 100% behaald. Wat betreft de monitoring van inzetbaarheid betreft zijn er 25 roadshows georganiseerd die in totaal zo’n 270 deelnemers hebben bediend. Er zijn bijna 100 werkvermogensscans georganiseerd, waarmee o.a. in kaart werd gebracht hoe de deelnemer de werkpraktijk ervaart en wat de perspectieven zijn. Tijdens een symposium begin 2017 zal meer in detail op de resultaten uit het eerste Sectorplan BIKUDAK worden ingegaan.

Dakpaspoort krijgt andere ­verschijningsvorm

De voortgang van de invoering van het Dakpaspoort loopt achter bij de verwachtingen. Het Dakpaspoort is in het najaar van 2014 geïntroduceerd als app. In de loop van 2015 is geconstateerd dat hier in de markt niet optimaal gebruik van wordt gemaakt. Jansen: “Dit heeft er waarschijnlijk mee te maken dat men de app zelf dient te downloaden en te vullen met de benodigde gegevens. Omdat er door de opdrachtgever nog niet veel naar wordt gevraagd, is de toegevoegde waarde voor veel dakdekkerbedrijven onvoldoende duidelijk.”

“In het overleg met de sociale partners is daarom besloten de opzet van het Dakpaspoort wat aan te passen,” aldus Jansen. “De branche beschikt namelijk over een instrument dat al wel goed functioneert, namelijk de Tectum Skill Cards. Met deze kaart – en de daarbij horende database - wordt het scholingsniveau van alle cursisten van het opleidingsinstituut van de (platte) dakenbranche Tectum bijgehouden en inzichtelijk gemaakt. In juni van dit jaar is besloten beide instrumenten te integreren.”

Wat houdt deze integratie in? Jansen: “Dat betekent dat momenteel achter de schermen een database wordt opgebouwd waar alle relevante informatie in wordt verzameld. Dat betekent dat naast de scholingsgegevens van Tectum ook andere scholingsinfo, de naw-gegevens van alle werknemers en werkgevers en ook de RIE-gegevens van de bedrijven in de database zullen worden opgenomen. Vanzelfsprekend zullen bij het opbouwen van de database alle regels omtrent privacy in acht worden genomen. Het beheer en eigendom van de database is van het Sociaal Fonds, dat voor de uitvoering een contract gaat sluiten met Tectum. In plaats van de Tectum Skill Card zullen drie nieuwe kaarten worden uitgegeven, met als werktitel de Bikudak Skillcards, voor werkgevers, werknemers en zzp’ers. De toegang tot de database wordt geregeld via een web-app.”

“Het verschil met de huidige app is dat de web-app toegang biedt tot een website. Feitelijk is het een snelkoppeling naar de bedrijfsgegevens die alleen toegankelijk zijn middels een wachtwoord. Het geheel functioneert nog steeds als een app. Van de gebruiker wordt dus alleen nog maar een download van de app en een wachtwoord gevraagd. De relevante in­formatie is al beschikbaar, alleen de RIE-gegevens dient men nog zelf toe te voegen. Met deze informatie kan men eenvoudig aantonen een serieus bedrijf te zijn dat werk maakt van kwaliteit en dat voldoet aan de CAO-eisen.”

Bouwend Nederland is bezig met de ontwikkeling van de Bouw ID-pas, hoe verhoudt het Dakpaspoort zich tot dit initiatief? Jansen: “Het Dakpaspoort is veel méér dan alleen een identificatiemiddel. Het maakt de kwaliteit van het bedrijf inzichtelijk. Wij zullen ons er dan ook voor inzetten dat het Dakpaspoort gebruikt kan worden als gelijkwaardig alternatief voor de Bouw ID-pas zodat men binnen de dakenbranche niet met twee passen hoeft te werken. Ook daarom is het belangrijk dat het Dakpaspoort goed ingeburgerd raakt. Naar verwachting zal het Dakpaspoort in de nieuwe opzet nog voor het einde van dit jaar gereed zijn.”

Van werk naar werk

Sectorplan BIKUDAK 2 maakt werk van het vervullen van vacatures in de branche via scholing en via van werk-naar-werktrajecten in een zogenaamd Transitiehuis. Het vervullen van vacatures in de branche via scholing is inmiddels op gang gekomen. In het tweede Sectorplan zijn opnieuw vergoedingen beschikbaar voor werkgevers die leerlingen in de BBL-opleidingen een arbeidsplaats aanbieden. De ambitie is om per mei 2018 minimaal 240 mensen op deze manier te kunnen laten instromen. De eerste 20 mensen zijn inmiddels via deze regeling bezig aan de scholing.

“Aanvullend is het Transitiehuis een instrument dat vacatures vervult via ‘werk naar werk’-trajecten,” aldus Jansen. “Met de verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd naar 67 hebben veel dakdekkers een probleem omdat het werk doorgaans eenvoudigweg lichamelijk niet tot die leeftijd is vol te houden. Van belang is dus dat tijdig wordt gesig­naleerd wanneer een medewerker dreigt uit te vallen. In CAO-artikel 8E is de mogelijkheid tot omscholing bij dreigende arbeidsongeschiktheid geformuleerd. In het kader van het sectorplan konden we het reïntegratiebureau Matchcare inschakelen. Dit bureau zorgt op basis van gesprekken met de werknemer en de werkgever voor een passend advies, veelal gevolgd door scholing. De branche heeft hiertoe 5000 euro per persoon beschikbaar.”

“Vaak wordt de dreigende arbeidsongeschiktheid te laat gesignaleerd,” vervolgt Jansen. “Het Transitiehuis heeft ondermeer als doel om dit eerder zichtbaar te maken, zodat men gebruik kan maken van het begeleidingstraject dat via het Transitiehuis beschikbaar wordt gesteld, en dat erop is gericht een traject van werk naar werk te verzorgen, zodat wordt voorkomen dat een uitkering moet worden aangevraagd. In eerste instantie zal geprobeerd worden een passende functie binnen de branche te vinden. Mocht dit niet lukken, zal ge­zocht worden naar een arbeidsplaats in een andere branche. Vanuit het sectorplan zullen we zo mogelijk nog voor het einde van het jaar een campagne starten om werkgevers en werknemers te attenderen op deze mogelijkheid.”

Het streven is om tussen december 2016 en mei 2018 op deze manier zo’n 76 mensen aan een andere arbeidsplaats te helpen. Jansen: “Overigens kunnen ook werknemers die bijvoorbeeld door een reorganisatie hun baan dreigen te verliezen gebruik maken van het Transitiehuis. Het merendeel zal het traject echter vanwege dreigende arbeidsongeschiktheid afleggen. De medewerkers die van dit traject gebruik maken, krijgen een tijdelijk dienstverband bij het Transitiehuis (tot maximaal zes maanden). Voorwaarde is dus wel dat men gemotiveerd is: er zal een sollicitatieprocedure moeten worden doorlopen voordat men gebruik kan maken van de voorzieningen die via het Transitiehuis worden aangeboden. Tijdens de intake zal middels een assessment worden bekeken wat voor de betreffende persoon de beste oplossing is.”

De sociale partners BIKUDAK vertrouwen erop dat het sectorplan op een goede manier wordt voortgezet. Vanzelfsprekend houdt Roofs u op de hoogte van de verdere ontwikkelingen.