Roofs 2015-05-30 Aansluitdetails van keramische leipannen zijn specialistenwerk (premium)
In de serie ‘De Pineut’ behandelt Leen Iseger van IKOB-BKB praktijkvoorbeelden van projecten waarbij zaken flink mis zijn gegaan, in de hoop dat dit soort fotuten in de toekomst niet meer voor zal komen.
Leen Iseger, IKOB-BKB
Dakwerkzaamheden blijken meer dan eens een tak van sport te zijn die door specialisten uitgevoerd moet worden. Vooral de complexere projecten waar het op echt vakmanschap aan komt, blijken voor de ‘niet-specialisten’ vaak een valkuil. Het naast elkaar leggen van dakpannen en bijvoorbeeld leipannen geeft vaak geen probleem. Zodra het echter op verschillende aansluitdetails aankomt, blijkt dat de niet-specialist in de problemen komt.
Zo ook in het in dit artikel beschreven voorbeeld, waar een buitenlandse dakdekker het niet zo nauw neemt met de geldende regels van goed vakmanschap.
Het betreft een woonhuis waar de opdrachtgever zijn bedenkingen heeft op het uitgevoerde werk met keramische leipannen, een product waar zeer fraaie dakvlakken en voorkomende details, met verschillende technieken waterdicht mee afgedicht kunnen worden. Vooral door het ontbreken van een zijsluiting zijn er legio mogelijkheden om in de breedterichting maten en details op te lossen.
Op het betreffende dak werden onderstaande situaties aangetroffen:
• De leipannen aan de gootzijde (dakvoetdetail) zijn niet uitgevoerd met zgn. ingekorte leipannen, maar deels met hele leipannen (is ook mogelijk) en deels zonder naadafdichtende leien afgewerkt.
• Aan de nokzijde zijn eveneens geen ingekorte leipannen, maar zgn. hele leipannen toegepast. De invoeging van ingekorte leipannen is juist regel aangezien de verdeling van de leipannen van goot naar nok een gelijkmatige verdeling toont en bovendien de naden tussen de leipannen steeds door een onder- of bovenliggende afgedicht wordt.
• Bij de voorkomende dakhellingen (45-42°) bedraagt de latafstand 120 – 80 mm. Resultaat hiervan is dat de overlapping van de leipannen onderling 30-110 mm bedraagt. Conform de geldende regels houdt dit in dat de overlapping van 30 mm te gering is en lekkages voor kunnen komen, terwijl anderzijds de veel te grote overlapping maakt dat de gevelpannen schuin gedrukt worden, aangezien hiermee slechts een beperkte latafstand-tolerantie mogelijk is (90-110 mm).
• De zijwaartse aansluiting van de leipannen onderling dient vrijwel strak aansluitend te zijn. Enige speling hierin is mogelijk, mits dat tot een minimum beperkt blijft. In voorkomende situatie wisselde de naden tussen de leipannen onderling tussen 0 en 15 mm. Dit maakt enerzijds dat de regendichtheid beduidend minder wordt, terwijl anderzijds een zeer onrustig dakbeeld ontstaat.
• Het geveldetail dat met gevelleipannen en halve gevelleipannen wordt afgewerkt, is deels met afwijkende gevelleipannen van een ander/afwijkend fabricaat afgewerkt. Probleem hierbij is dat de afhangende flaplengte van de later ingevoegde gevelleipannen afwijkend is met het originele fabricaat.
• De vereiste vrije tengelhoogte aan de dakvoet ten behoeve van ventilatie en lekwaterafvoer ontbreekt, aangezien de onderste panlat direct op de ondergrond bevestigd is. Daar leipannen geen profiel hebben, is derhalve geen enkele ventilatie mogelijk van het bovenliggende dakvlak. Ook mogelijk ingevoegde ventilatiepannen die het ventilatieprobleem op zouden kunnen heffen, zijn niet ingevoegd, terwijl deze wel aanwezig geweest zijn.
• Bij het verdelen van de daklengte, wat bij leipannen juist een grote vrijheid geeft, zijn de onderste leipannen zodanig geplaatst dat deze ruimschoots door de vooropstand van de goot steken. Dit is gezien de zeer boomrijke omgeving waar de woning staat, en de kans dat de goot daardoor verstopt raakt, vragen om problemen. Dak- en leipannen kunnen door wateropzuiging (permanent nat zijn) mogelijk stuk vriezen.
• Leipannen in de dakvlakken zijn niet middels leinagels of schroeven bevestigd, terwijl ook hier voldaan moet worden aan de NEN 6707 en NPR 6708 m.b.t. de verankering hiervan als onderdeel van de constructieve veiligheid.
• De zgn. napoleonshoed dakkapel is niet conform de geldende regels vormgegeven. De rondingen kloppen niet met de maatvoeringseisen hiervan.
De latten ter bevestiging van leipannen dienen bij een napoleonshoed dakkapel met voldoende ronding uitgevoerd te worden, E.e.a. wordt door vakmensen gerealiseerd door de leilatten op te bouwen middels dunne (4-5 mm) latten die uit 4-5 lagen opgebouwd worden. Ook gebruikt men hiervoor wel stroken buigtriplex waarbij de leilat uit meerdere lagen opgebouwd en gevormd wordt in de ronding van de dakkapel.
• Bij de plaatsing van leipannen op dergelijk slecht gevormde ondergronden is ook de plaatsing van de leipannen een probleem. De in- en uitwendige rondingen van de dakkapel zijn met hele leipannen uitgevoerd welke op de in- en uitwendige rondingen aan alle kanten openstaan, hetgeen esthetisch onaanvaardbaar is. Op één positie komen 3 leipanrijen voor waarvan de voegen direct boven elkaar gesitueerd zijn. Tussen de lagen die op de rondingen liggen is geen enkele afdichting (wat wel gebruikelijk is in de vorm van EPDM of lood dat per rij ingevoegd wordt) toegepast.
• De uitgevoerde kilontmoeting is dicht gedekt met ingevlochten loodloketten. Aangezien van de aansluitende dakvlakken de leilat-afstanden van een verschillende maatvoering voorzien zijn, komen er situaties voor waarbij de loodloketten onvoldoende waterdichtheid bieden.
• De uitlopen van de zinken goten zijn direct naast de zinken gootbeugels gesitueerd waardoor uitzetting en krimp van de goot ernstig beperkt wordt. Regel is dat de uitlopen tenminste 60 mm van de gootbeugel verwijderd blijven.
• Soldeerwerk aan deklijsten, kopschotten e.d. laat veel te wensen over. Er is nauwelijks sprake van enige doorvloeiing, maar meer van boetseerwerk met soldeertin.
• Deklijsten ter plaatse van het platte dak zijn niet middels klangen aan de ondergrond bevestigd, maar met schroeven/nagels. De deklijsten zijn in lengterichting over meer dan 10 m aan elkaar verbonden middels solderen.
Uit bovenstaande mag afgeleid worden dat het uitgevoerde werk aan de ondergrond van folie, tengels en panlatten alsmede het dakwerk van keramische leipannen en zink niet voldoet aan de voorschriften als omschreven in de:
• Uitvoeringsrichtlijnen voor dakbedekkingsconstructies met keramische en betonnen leipannen (Publicatie URL 24-103)
• NEN 6707 en NPR 6708 Bevestigingen van dakbedekkingen.
• Ontwerp- en uitvoeringsrichtlijnen voor zinken dak-, gevel-, en gootconstructies BRL 5212 en bijbehorende Uitvoeringsrichtlijn URL 0299
Uitvoeren van dakwerken is gespecialiseerd werk, waar speciale opleidingen en vakkennis aan ten grondslag liggen. Het is daarom voor opdrachtgevers van belang dat het inschakelen van gecertificeerde bedrijven een hoge mate van kennis en ervaring ingeschakeld wordt. Bedrijven werkend onder KOMO proces certificaat worden onaangekondigd op de uitvoering van hun specialisatie gecontroleerd op de bouwplaats. Het is goed te ervaren dat steeds vaker een KOMO procescertificaat in de bestekken voorgeschreven en ook daadwerkelijk opgevolgd wordt.
Deel dit artikel
Andere artikelen in Roofs 2015-05
Roofs 2015-05-03 De prijs, dat zijn wij zelf
Ik werkte nog niet zo gek lang bij een dakdekkersbedrijf toen ik bij een aanbesteding van het Ministerie van Defensie met een aannemer in gesprek raakte. Het was een aanbesteding met gecombineerd...
Roofs 2015-05-06 Waterbufferend gebruiksdak op Kellebeek College
Jaarlijks wordt een flink aantal bijzondere daken uitgevoerd. Daken met een apart ontwerp; daken waar bijzondere materialen zijn toegepast; daken die in een uitzonderlijk goede samenwerking zijn...
Roofs 2015-05-10 Hoe is het Asbestdakenverbod tijdig uit te voeren?
Per 1 januari 2024 gaat een verbod op asbestdaken in. In de komende negen jaar moeten dus alle asbestdaken worden vervangen. Is dit haalbaar? Edwin Zoontjes van branchevereniging VERAS stelt dat...
Roofs 2015-05-14 De principewerking van een begroeid dak, daktuin of dakbestrating (premium)
Begroeide daken: technische aspecten (1) Begroeide daken nemen toe in populariteit. De techniek voor dakbegroeiingen is de afgelopen tientallen jaren steeds verder doorontwikkeld. In een...
Roofs 2015-05-16 Windbelasting op zonne-energiesystemen op platte daken – deel 3 (premium)
Met NEN 7250 kan de windbelasting op zonne-energiesystemen op platte daken worden bepaald. In het eerste artikel over de windbelasting op zonne-energiesystemen op platte daken in oktober 2014 is...