Roofs 2001-04-06 Stortverbod Bitumineus dakafval in zicht!

p. 6
          Stan Liebrand
Onder de noemer ‘Hergebruik bitumineuze dakbedekking in de grond-, water- en wegenbouwsector’, presenteerde het nationale kenniscentrum voor verkeers-, vervoer en infrastructuur CROW in 2000 een rapport waarin de huidige stand van zaken betreffende de toepassing van bitumineus dakafval in asfaltmengsels wordt besproken. De voorlopige uitkomsten wijzen op technische-, economische en milieuhygiënische kansen voor hergebruik van - niet-teerhoudend - bitumineus dakafval in asfalt. Een recente navraag bij het ministerie van VROM levert de bevestiging op dat met deze toepassingsmogelijkheid, een stortverbod voor de hand ligt. De definitieve invoering zal afhankelijk zijn van de verwerkingscapaciteit.

BSA
Bouw- en sloopafval (BSA) vormt een omvangrijke afvalstroom, zo’n 16 miljoen ton per jaar. Ruim 90% van deze stroom kan al worden hergebruikt. Voor BSA dat niet kan worden hergebruikt of verbrand, geldt dat het mag worden gestort. Op dit moment betreft dat zo’n slordige 1,2 miljoen ton.
Het Implementatieplan Bouw- en sloopafval, dat in 1995 werd herzien, streeft naar maximalisering van hergebruik waardoor ruimte wordt bespaard en het storten van afval en de winning van primaire grondstoffen worden beperkt. Acties die hiertoe werden ondernomen zijn het stimuleren van de selectieve sloop, certificering van puingranulaten en het instellen van een stortverbod voor onbewerkt bouw- en sloopafval. Alleen de niet-herbruikbare BSA-fractie mag nu nog worden gestort. Lange tijd kwam het storten van afval pas in beeld als hergebruik en verwerking niet zinvol leken of niet haalbaar waren. Het grootste effect bij het terugdringen van de afvalstroom ressorteert de stijging van de stortkosten. De kosten van hergebruik zijn in het algemeen veel lager dan de stortkosten die naar verwachting binnenkort wederom flink zullen toenemen. Dit werkt ook fraude in de hand.
Regels voor het storten van niet-herbruikbaar BSA worden regelmatig overtreden omdat het storttarief voor niet-herbruikbaar BSA lager is dan de andere storttarieven. Bovendien is handhaving van het huidige stortverbod voor herbruikbaar BSA problematisch vanwege onduidelijkheden en tegenstrijdigheden in de regelgeving. Beheerders van stortplaatsen hebben momenteel bijvoorbeeld geen duidelijke eigen verantwoordelijkheid bij de controle van de samenstelling van het BSA dat op de stortplaats mag worden geaccepteerd. Dit werkt overtredingen in de hand. Certificering van sloop- en sorteerbedrijven biedt onvoldoende garanties voor de naleving van de regels voor het storten van niet-herbruikbaar BSA door deze bedrijven. Dit blijkt uit een onderzoek van de Inspectie Milieuhygiëne (IMH) van het ministerie van VROM dat inzicht geeft in de actoren en factoren die betrokken zijn bij de verwijdering van niet-herbruikbaar BSA en de risico’s en knelpunten die zich daarbij kunnen voordoen.
Op 1 januari 2000 werd het stortverbod voor bouw- en sloopafval uitgebreid met brandbaar bouw- en sloopafval. Bij de uitbreiding van het stortverbod werd rekening gehouden met de uitkomsten van het inspectieonderzoek. Met ingang van diezelfde datum is ook de Regeling niet-herbruikbaar en niet-verbrandbaar bouw- en sloopafval van kracht geworden. Doel van de Regeling in combinatie met het stortverbod is dat alleen nog maar BSA-fracties worden gestort die niet voor hergebruik en niet voor verbranding in aanmerking komen. Daarnaast zijn de storttarieven voor brandbaar afval al omhoog gegaan zodat ze op het niveau liggen van het verbranden van afval.

Bitumineus dakafval
De hoeveelheid bitumineus dakafval bedraagt op dit moment minimaal 70 duizend ton per jaar1. Deze omvang vormde de aanzet tot het onderzoek naar hergebruikmogelijkheden door een werkgroep onder voorzitterschap van het ministerie van VROM, de CROW werkgroep. De werkgroep die het rapport opstelde bestond uit vertegenwoordigers van overheden, dakbedekkingproducenten en wegenbouwers. Samen hebben zij zich gebogen over de marktpositie van bitumineus dakafval en de inventarisatie van – beschikbare – recycletechnologieën. De onderzoekresultaten van asfalt, waarbij gemodificeerde bitumen - voorzover representatief voor bitumen uit dakafval – zijn toegepast, werden gerelateerd aan ARBO, milieuaspecten, het overheidsbeleid, wet- en regelgeving zoals de Wet Milieubeheer en het Bouwstoffenbesluit. Een van de belangrijkste resultaten die dit onderzoek- dat ruim een jaar in beslag nam –, opleverde, is dat bitumineus dakafval prima kan worden verwerkt tot bitumen. Bij voldoende capaciteit en indien zij de beschikking hebben over goede reinigings- en scheidingstechnieken, zijn verwerkingsbedrijven in staat om die 70 duizend ton dakafval te recyclen tot ongeveer 49 duizend ton bitumen dat onder andere geschikt is voor de fabricage van asfaltmengsels. Hiermee ligt het uitvaardigen van een stortverbod in het verschiet.

Bitumen
Bitumen is een grondstof welke voor vele doeleinden kan worden gebruikt. De voornaamste en bekendste zijn asfalt en dakbedekking. Volgens Beneluxbitume te Breukelen, de vereniging die zich bezig houdt met kennisoverdracht op het gebied van bitumen, is het potentieel aan bitumen zeer groot en kan in de toekomst nog ruimschoots in de behoefte worden voorzien. De opbrengst (prijs) van bitumen zal echter zodanig moeten zijn, dat het rendabel is om het te produceren. Het residu van de vacuümdestillatie, waaruit bitumen wordt geproduceerd, kan immers ook worden gebruikt voor de productie van stookolie of als grondstof voor conversie (omzetting) in lichtere componenten, zoals benzine en gasolie. Bitumen is naar de mening van Beneluxbitume beslist niet het afvalproduct, waarvoor het wel eens wordt versleten. Bitumen is één van de weinige producten uit aardolie, dat na jaren zijn functies in de verschillende toepassingsgebieden behoudt, zoals de werking als bindmiddel in asfalt en als ‘coating’ bij dakbedekking. Het bestaat hoofdzakelijk uit organische koolwaterstoffen. Na het destillatieproces van aardolie blijft er een flink aantal ketenmolecules over, waaronder paraffinen, oleofinen, naftenen en benzeenverbindingen. Het reologisch gedrag - de elastische en plastische vervorming van het bitumen onder verschillende belastingen in tijd – wordt bepaald door asfaltenen en maltenen.

Conclusies rapport ‘Hergebruik bitumineuze dakbedekking in de grond-, water- en wegenbouwsector’
1. Technisch en - bij de huidige prijzen ook economisch - biedt de toepassing van bitumineus dakafval in asfalt perspectieven voor de wegenbouwsector.
2. Jaarlijks is minimaal 70.000 ton bitumineus dakafval beschikbaar, zonder logistieke problemen; via sorteerinrichtingen bestaat een inzamelstructuur.
3. Het momenteel nog hoofdzakelijk geblazen bitumen zorgt voor een niet-constante samenstelling van bitumineus dakafval dat zichtbare en onzichtbare niet bitumineuze materialen bevat en soms resten teermastiek. Al zijn doeltreffende detectiemethoden, scheidings- en verkleiningstechnieken beschikbaar om een zuiver product te maken, voortdurende aandacht voor het homogeniseren van aangevoerd materiaal blijft nodig.
4. Partiële vervanging van nieuw bitumen door bitumen uit dakafval levert vergelijkbare Marshalleigenschappen.
5. De hoogte van het percentage toe te voegen bitumen uit dakafval kan worden beperkt door onzekerheden over het langeduurgedrag. Over de verouderingssnelheid van bitumen is weinig bekend. Van geblazen bitumen is bekend dat dit materiaal gevoeliger is voor veroudering dan gewone bitumen.
6. Nader onderzoek moet de reproduceerbaarheid van onderzoekresultaten aantonen.
7. Ten aanzien van het Bouwstoffenbesluit is geen overschrijding van de grenswaarden te verwachten. Ten aanzien van de Wet Milieubeheer dient nader onderzoek te worden verricht. Emissiemetingen zullen de verwachting moeten bevestigen dat er geen schadelijke uitstoot is.
8. Een stortverbod zal de nuttige toepassing van dakafval stimuleren.

Gemodificeerd bitumen
“Een gemodificeerd bitumen is een bitumen waarvan de reologische eigenschappen tijdens de productie zijn beïnvloed door gebruikmaking van een chemische stof “ (Definitie Europese Normcommissie CEN/TC19). Met modificatie van het bitumen wordt getracht om functionele eigenschappen van het bitumen (hechting, reologisch- of verouderingsgedrag) te verbeteren en dan met name de oppervlaktekenmerken van de deklagen zoals stroefheid, waterdoorlatendheid en duurzaamheid. Gemodificeerd bitumen kent twee soorten: enerzijds het chemisch gemodificeerde bitumen, ook wel multigrade bitumen genaamd, dat een verbeterd temperatuurgedrag heeft. Anderzijds is er het polymeergemodificeerde bitumen, waarbij de modificatie berust op de fysische beïnvloeding van de bitumeneigenschappen (de veerkracht en het elastisch gedrag).

Bitumen is geen teer
Bitumen en teer lijken qua eigenschappen en uiterlijke vorm veel op elkaar en worden dan ook regelmatig met elkaar verward. Echter, wat betreft herkomst en samenstelling zijn ze volledig verschillend. Want waar teer, - verkregen uit de destructieve destillatie van steenkool of hout -, zeer hoge concentraties schadelijke PAK ( Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen) bevat, zijn die bij bitumen, - een product op aardoliebasis – slechts in zeer geringe mate aanwezig. (een factor 1.000 – 10.000 lager!). Om deze redenen is het gebruik van teer en teerproducten in de asfaltwegenbouw sinds 1991 niet meer toegestaan en zijn er met betrekking tot de verwerking van bitumen momenteel geen gezondheidsrisico’s. Bitumineus dakafval dat nu nog grotendeels uit geblazen bitumen bestaat, bevat weliswaar soms nog restanten teermastiek, maar in een recyclingproces kan dit worden gescheiden.

Hergebruik in asfalt
Per jaar produceert Nederland circa 8 miljoen ton asfalt. Van die hoeveelheid wordt aan 4,6 miljoen ton hergebruikt asfaltgranulaat toegevoegd, waarmee in principe zo’n 3,4 miljoen ton resteert voor toevoeging van bitumineus dakafval. Echter, qua bestemming laat van deze laatste omvang 1,5 à 2 miljoen ton bedoeld voor asfaltdeklagen, zich niet lenen voor hergebruikt dakafval. Ergo, er blijft 1,5 à 2 miljoen ton asfalt over voor opname van bitumineus dakafval. Testen van asfalt waarbij nieuw bitumen gedeeltelijk werd vervangen door gerecycled bitumen uit dakafval, wijzen uit dat dit – vooralsnog - niet ten koste gaat van mechanische eigenschappen. Naar andere eigenschappen van hergebruik bitumen in asfalt, zoals duurzaamheid, verouderingssnelheid en de invloed van gemodificeerde bitumen zal vervolgonderzoek noodzakelijk zijn. De CROW-werkgroep raadt aan om een levenscyclusanalyse (LCA) op te stellen en de functionele en mechanische testmethoden (voor het beoordelen van asfaltmengsels met bitumineus dakafval) aan te laten sluiten op gangbare beoordelingsmethoden. Voorts wordt aanbevolen om te kijken naar uitbreiding van toepassingsmogelijkheden binnen de GWW-sector. Gebruik in wegfunderingen (asfaltgranulaatcement) lijkt bijvoorbeeld een goed alternatief. In funderingslagen zou de gehele jaarproductie van bitumineus dakafval kunnen worden verwerkt. Hergebruik van bitumen uit dakafval in de wegenbouw is in elk geval financieel aantrekkelijk. Bij vervanging van slechts 0,5 procent nieuw bitumen door gerecycled bitumen, levert dat al een aanzienlijke besparing op; bij vervanging van 2 procent bitumen door bitumen uit dakafvalgranulaat bedraagt die besparing aan grondstoffen, 4,50 gulden per ton geproduceerd asfalt. Op een jaarbasis van 3,5 miljoen ton asfalt met bitumineus dakafval, zou dit neerkomen op een besparing van 15,75 miljoen gulden. Een productielijn van 100 duizend ton asfalt, waarvan 45 duizend ton asfalt met een toevoeging van dakafval, kan zo jaarlijks ruim 200 duizend gulden bezuinigen op de inkoop van nieuwe grondstoffen.

Balans
Het rapport van de werkgroep CROW omtrent hergebruik van bitumineus dakafval in de wegenbouwsector is een wezenlijke bijdrage aan het instellen van een stortverbod. Al lijkt op het eerste gezicht vooral de GWW-sector hiervan (vooral financieel) te gaan profiteren, het heeft ook een duidelijk positieve ondertoon voor de dakenbranche, die een steeds milieuvriendelijker karakter toont.

1 Noot van de redactie: Onduidelijk is waar deze 70.000 ton uit bestaat. Wanneer het uitsluitende dakbedekking betreft dan kan het welhaast niet kloppen. Bitumineuze dakbedekking weegt ca. 1 kilo/ mm/m2. Een pakket bestaande dakbedekking van 10 mm dik weegt dus ca 10 kg/m2. Er zou dus jaarlijks 7 miljoen m2 bitumineuze dakbedekking worden aangeboden. Jaarlijks wordt in Nederland tussen de 20 en 30 miljoen m2 plat dak gemaakt. Ca 55 % betreft renovatie waarbij het merendeel wordt overlaagd.

Aanbevelingen rapport ‘Hergebruik bitumineuze dakbedekking in de grond-, water- en wegenbouwsector’
1. In verband met het feit dat in geregenereerd asfalt reeds verouderd bitumen uit asfaltgranulaat aanwezig is, moet vervolgonderzoek zich in eerste instantie richten op bitumenvervanging in asfalt met nieuw bitumen en nieuwe mineralen, en dan nog de niet kritische mengsels. Hiermee wordt tevens voorkomen dat dakafval de toepassing van asfaltgranulaat verdringt.
2. Om de momenteel nog onzekere technische, Arbo-, milieu- en economische aspecten nader te analyseren is het wenselijk een groot proefproject te realiseren. Dit project zal een minimale grootte moeten hebben van een volle dagproductie van een asfaltmenginstallatie (circa 600 ton asfalt = circa 3.000 m2 van 8 cm dik). Het uitgangspunt van dit onderzoek vormt het vinden van een technisch en economisch verantwoorde bovengrens voor partiële, generieke toepassing in asfalt, alsmede het kijken naar Arbo- en milieuomstandigheden (emissies).
3. Het aspect duurzaamheid op lange termijn dient nader te worden onderzocht.
4. Om het hergebruik van bitumineus dakafval ook maatschappelijk en milieutechnisch wetenschappelijk te onderbouwen wordt het opstellen van een levenscyclusanalyse (LCA) aanbevolen, waarbij naast het opstellen van de ECO-balans ook de ECO-efficiency wordt bepaald.
5. Bij gebleken geschiktheid dient gericht kennisoverdracht plaats te vinden aan alle bouwpartijen om te komen tot een geaccepteerde toepassing van bitumineus dakafval in asfalt.
6. Uit praktische overwegingen is te prefereren dat functionele en mechanische testmethoden voor het beoordelen van bitumineus dakafval en asfaltmengsels met bitumineus dakafval aan te laten sluiten op gangbare beoordelingsmethoden.
7. Mocht op basis van vervolgonderzoek worden geconcludeerd dat toepassing van dakafval, technisch en economisch verantwoord is, dan zal een aanpassing van de RAW Standaard noodzakelijk zijn om het materiaal generiek te kunnen toepassen. Er wordt aanbevolen om ook naar andere toepassingsmogelijkheden in de GWW-sector te zoeken.

Deel dit artikel

Andere artikelen in Roofs 2001-04

Roofs 2001-04-03 Gevoelsmatig

          Soms heb je dat wel eens, dan lees je iets en pas na lange tijd besef je wat je gelezen hebt. Ik had dit met het volgende krantenberichtje. Het ging om de vraag hoe een vogeltje in staat...

Door Dakweb p. 3

Roofs 2001-04-10 Recycling van bitumineus dakafval kan beginnen

          Stan Liebrand Een aantal jaren geleden kwam de overheid met het afvalstoffenbeleid. Ondanks een aantal aanpassingen en aanvullingen bleef regelgeving met betrekking tot bitumineus...

Door langdurig en p. 10

Roofs 2001-04-14 De pannenlijn

          ing. A.B. Berlee, T-Joint Bij het ontwerpen van een dak moet de pannenlijn worden vastgesteld waarna de detaillering op die lijn wordt afgestemd. Dit mag algemeen bekend zijn en bijna...

Door de breedte p. 14

Roofs 2001-04-16 Roofs lezerskringonderzoek 2000/2001

          Met voldoening tonen wij u hierbij de resultaten van alweer het tweede lezerskringonderzoek van het vakblad "Roofs". In opdracht van uitgeverij Mandate Publishers b.v. heeft...

Door de uitgever p. 16

Roofs 2001-04-22 Werk van Dakmerk: Te veel regelgeving leidt niet tot verbetering van kwaliteit

      Corry de Ridder Paul Dieben, directeur van Erdo B.V., is van mening dat voortdurende regelgeving zeker niet leidt tot verbetering van de kwaliteit. De creativiteit van de techneut om tot...

Door heel Nederland p. 22
AI Assistent Stel je vraag

AI Assistent

Online

👋

Welkom bij de AI Assistent!

Stel me vragen over dakdekken, isolatie, materialen en meer. Ik help je graag verder!

Probeer bijvoorbeeld:

0/500 Druk op Enter om te versturen